Komende zaterdag start een mini-expositie in het Literatuurmuseum in Den Haag met foto’s, brieven, aantekenboekjes, agenda’s en boeken van de in 1965 overleden Zuid-Afrikaanse dichteres Ingrid Jonker.

De dochter van Jonker laat vandaag in de krant Trouw weten "ontsteld" te zijn over de tentoonstelling. "Mijn moeders documenten zijn van mij en van Zuid-Afrika." De vrouw overweegt juridische stapppen tegen het Haagse museum.

De stukken maken onderdeel uit van de nalatenschap van de Nederlandse schrijver Gerrit Komrij. In het testament van deze in 2012 overleden schrijver stond dat de stukken na zijn dood naar Zuid-Afrika moesten worden gebracht, maar omdat de veiligheid en de financiele middelen daarvoor ontbraken is dat nooit gebeurd. De erfgenamen van Komrij droegen de stukken over aan het Literatuurmuseum.

Kundig archiveren

Simone Garcia Marques, de dochter van Ingrid Jonker, doet opnieuw een beroep op het Haagse museum om de stukken naar Zuid-Afrika te brengen. Directeur Aad Meinderts van het Literatuurmuseum zegt in de krant bereid te zijn de collectie af te staan, "wanneer zich een instelling meldt die ’m kundig kan archiveren. Als we de collectie nu terug naar Simone sturen, bewijzen we dit stukje literaire geschiedenis geen dienst, vrees ik.”

De stukken zijn tot en met 30 oktober te zien door het publiek.

Nelson Mandela

Ingrid Jonker (1933-1965) werd wereldberoemd in 1994, toen Nelson Mandela een gedicht van haar voorlas tijdens de eerste zitting van het eerste democratisch verkozen parlement van zijn land. ‘Die kind (wat doodgeskiet is deur soldate by Nyanga)’ is een protest tegen de apartheid, waar in die tijd maar weinig witte Zuid-Afrikanen vraagtekens bij plaatsten. Jonker was bijna dertig jaar eerder al overleden: na jarenlang aan depressies te hebben geleden maakte ze in 1965 op 31-jarige leeftijd een eind aan haar leven.